Game Preview

Persoonlijke voornaamwoorden & bezittelijke voor ...

  •  Dutch    18     Public
    dét poss et pron perso
  •   Study   Slideshow
  • Deze bloem is van mij --> Het is _________ bloem!
    Mijn
  •  15
  • Waar is Isabelle? Ik zie __________ niet!
    haar
  •  20
  • Ze hebben ______ valiezen nog niet klaargemaakt!
    hun
  •  20
  • Waar zijn mijn schoenen? Heb je ________ gezien?
    ze
  •  25
  • Ik heb _______ goed geamuseerd
    me
  •  10
  • Jan is nogal groot. ____ haar is donker en gekruld.
    Zijn
  •  15
  • Sarah heeft __________ mobiel nog op de tafel vergeten!
    haar
  •  15
  • Ik heb honderden notificaties. Waarom heb je ________ zoveel boodschappen gestuurd?
    me
  •  15
  • We zijn nu in de klas. Jullie moeten ________ gsm uitzetten.
    jullie
  •  15
  • Wie zijn deze leerlingen? Ik ken ______ niet!
    ze
  •  15
  • Brian is laf. We kunnen niet op __________ rekenen!
    hem
  •  20
  • Waar zijn Pauline en Thomas? Ik heb met _________ afgesproken om naar het festival te gaan
    hen
  •  25
  • Liam en Sacha zijn boos op mij. Ik heb_______ geen cadeau gegeven voor hun verjaardaga
    hun
  •  20
  • Ik ben bang mijn penvriend niet te herkennen want ik heb _______ nooit gezien!
    hem
  •  20
  • Waar is je ticket voor het festival? Heb je _____ nog niet gekocht?
    het
  •  20
  • Onze vrienden uit Antwerpen komen vanavond thuis. We zullen met _____ een feest organiseren.
    hen
  •  25